Een hek eromheen

Coronatest knuffels en dapperheidsdiploma’s voor de kinderen

Corona, corona, corona. Ik word GEK van alle informatie die er dagelijks over wordt rondgebazuind. Ik weet dat ik mijn bronnen moet checken en dat niet alles mijn aandacht verdient. Toch zou ik wel willen schreeuwen tegen al die mensen met een mening: STOP HIERMEE!!! Jullie hebben geen idee wat je aanricht. De rek is eruit, het relativeringsvermogen is op. Ik wil alleen nog maar feiten van mensen die weten waar ze het over hebben. Ik wil alleen nog de meningen van mensen die erover gáán.

De Britse variant

Waren we net gewend aan de eigenschappen van het coronavirus, is er een mutant opgedoken met misschien weer andere eigenschappen.

De tot dusver bekende feiten over de variant zijn:

  • Niet meer en ook niet minder ziekmakend dan het bekende virus, maar dat weten we niet zeker
  • Mogelijk wel besmettelijk voor en door kinderen, maar ook dat weten we niet zeker
  • Mogelijk besmettelijker en dus veel gevaarlijker, maar dat weten we niet zeker
  • Al wijdverspreid in ons land, maar dat weten we ook al niet zeker.

Ik woon in een regio waar deze nieuwe coronavariant is aangetroffen op een basisschool. Er volgde een onderzoek waarin er nog meer gevallen werden ontdekt. Dat is natuurlijk voer voor meningfabrieken en hun journalisten. In no time popten er in het landelijke nieuws krantenberichten en digitale nieuwsitems op die qua inhoud veel verder gingen dan de officiële informatie die wij van school en van onze eigen burgemeester kregen. Daarin stond alleen dat we ons moesten laten testen om de verspreiding en besmettelijkheid in beeld te brengen. En in principe waren de huidige maatregelen voorlopig voldoende, omdat de nieuwe variant zich op dezelfde manier verspreidt als de oude.

Het onderzoek werd uitgebreid en ondertussen werd het nieuws ook groter en groter. Geschrokken mensen riepen op tot de meest vergaande maatregelen om dit virus te stoppen en de media hapten er gulzig op toe. In een grote krantenkop stond dat er als de wiedeweerga een hek om ons dorp heen moest komen. Meenden ze dat serieus?

Kaders

Onzekere en bedreigende situaties. Daar houden de meeste mensen niet van, maar ik al helemaal niet. Voor mij als moeder met autisme zijn rust en voorspelbaarheid niet alleen middelen om stress tegen te gaan: het zijn absolute voorwaarden om te kunnen blijven functioneren.

Het is niet zo rigide als veel mensen denken als het over autisme gaat; gewoon een kader met duidelijke voorwaarden en een min of meer te verwachten uitkomst is voor mij voldoende. En ik kan het ook wel zelf: als ik dat kader niet van een ander krijg, maak ik er gewoon zelf één, op mijn manier. Ik kader bijna alles wat op mijn pad komt. Zo probeer ik chocola te maken van iedere situatie, zodat die in mijn ervaringswereld te behappen is (coole woordspeling !). Ik ben steengoed in kaderen, want ik zie bijna vanzelf overal patronen, stappen en kaders in.

Als de scholen twee weken dicht blijven, dan is dat weliswaar loodzwaar, maar het is op zichzelf een duidelijk kader. Dan weet ik dat ik iets moet verzinnen om die twee weken door te komen en dat ik daarna mezelf weer bij elkaar kan rapen. Maar als alles ineens op losse schroeven komt te staan, zoals nu, dan weet ik het niet meer. Ik weet niet eens van welke voorwaarden het zal afhangen en wat dan de gevolgen zullen zijn. Zo kan ik toch niet kaderen?  Zo kan ik mijn energie toch niet verdelen?

Een hek om mij heen

Zo autistisch als ik me nu voel, ben ik nog niet vaak geweest. Alsof het nooit meer goed komt en ik nooit meer tot iets buiten mijn huishouden en buiten de muren van mijn huis in staat zal zijn. Het voelt alsof er nu al een hek om mij heen zit. Want wanneer mogen de kinderen nu weer naar school en kan ik weer mijn eigen dingen doen? Mijn jongste mag nu dan wel naar de noodopvang vanwege zijn autisme, maar elke dag kan de laatste zijn. En elke dag dat ik naar buiten mag misschien ook. Een hek om ons dorp!

‘Dat gaan ze echt niet doen’ zei mijn man

Maar dat zei hij vorige maand ook over de sluiting van de scholen.

De coronatest

Vrijdag stonden we als gezin bij de speciaal voor het onderzoek geopende teststraat. Best spannend, zeker voor autistische kinderen. De jongens werden er praterig en druk van,. Onze dochter zei helemaal niets. Haar gezicht was vlekkerig en ze wilde me niet loslaten.

‘Ach, ze durft me niet eens aan te kijken,’ zei de man die de test bij ons ging afnemen.

Toch liet ze het toe, zonder een spier te vertrekken, zonder een kik te geven, terwijl ze mijn hand fijnkneep en nog vlekkeriger werd. Binnen een paar tellen was het klaar. Weer buiten zag ik een journalist  geknield in het gras zitten. Hij was bezig zijn camera aan te leggen en in het voorbijlopen speelde ik met de gedachte om hem van achteren een trap te geven. Onze dochter pakte haar fiets en zonder een woord speerde ze naar huis. Ik ging erachteraan, met de schattige nijlpaardknuffels die de kinderen hadden gekregen voorop in mijn mandje.

Wachten, niet weten tot wanneer. Binnen 24 uur. En als ze na die 24 uur nog steeds niet hebben gebeld? Wat als ze toch alleen bij een positieve test bellen, wanneer weet je dan zeker dat jouw test negatief was?

De andere dag kwam het verlossende bericht: alle vijf negatief. Nu nog de rest van het onderzoek afwachten.

Gebed

Iemand stuurde me een Bijbeltekst:

God kan oneindig veel meer doen dan wij ooit kunnen bidden of beseffen.

Ik dacht: dat is waar. En ik vroeg God meteen of Hij het virus in ons dorp zodanig wilde laten muteren dat het onschadelijk werd. Sterker nog: dat het zichzelf zou vernietigen. Dat het zijn eigen vaccin tegen zichzelf zou worden en ook tegen alle andere coronavarianten. En dat het ook nog eens bizar besmettelijk zou zijn. In no time heel ons dorp immuun voor corona. In steeds wijdere cirkels zou het virus verder uitsterven vanuit ons dorp. Why not? Je gebed kan niet gek genoeg zijn; voor God is immers niets onmogelijk.

Skeeleren

Hierna ging ik buiten skeeleren, even weg en doen alsof er niets aan de hand is. Het ging niet makkelijk, ik was moe en zwaar. Het wegdek was nat en ik moest goed opletten. Het had ’s nachts gevroren en her en der was het nog glad. Ik keek naar het onregelmatig glimmende flinterlaagje op de sloot langs het fietspad. Ik schaats naast het ijs, dacht ik.

Aan het einde van het pad keerde ik om en kreeg ik de wind in de rug. Ik keek naar de lucht in de verte en zag een grote grijze wolk zichzelf helemaal uitgieten boven Rotterdam, als door een onzichtbare trechter.  Waar ik was scheen de winterzon warm in mijn gezicht. Ter hoogte van onze wijk sloeg ik linksaf en ging ik de brug op. Halverwege stopte ik en keek in in de richting van waar ik vandaan kwam. Ook daar was het donker. De zon liet een regenboog tevoorschijn komen uit een regenende wolk.

En ik dacht: het is niet leuk, het is zwaar en ik ben supergestrest. Maar het komt goed. Wie weet zal mijn gebed echt uitkomen. Net zoals de zon boven mijn hoofd het ijs doet smelten, de regen doet verdampen en er iets moois en hoopvols uit laat komen.

Online kerkdienst

Vandaag in de kerk, in de online dienst, mocht ik fluit spelen in de band. We deden, zoals altijd, ook voorbede. Omdat er geen andere kerkmensen bij mochten zijn hadden we de gebedspunten verdeeld over de medewerkers die in beeld waren voor de mensen thuis. Ik mocht bidden voor de kinderen en de jongeren. Vier punten had ik op mijn lijstje: de jongeren die het nu moeilijk hebben, de gezinnen met jonge kinderen, de scholen en ons dorp.

Het ging best goed, ik kwam een heel eind, maar bij het laatste punt kon ik ineens niets meer zeggen. Ik wilde erom huilen, maar kon niet. Er zat een hek om mijn hart.

‘God kan oneindig veel meer doen dan wij ooit kunnen bidden of beseffen’ Ef. 3:20