Coronakuikentjes

Barnevelder krielkuikentjes, 2 weken oud.

Harde lockdown

Mijn man zei vorige week nog: doe niet zo gestrest, dat gaan ze heus niet meer doen. Maar wel dus. Ik snap er niets meer van. Er was toch afgesproken dat basisonderwijs te belangrijk was en de schade van de vorige lockdown te groot? En kinderen onder de twaalf waren toch nauwelijks besmettelijk?

Opnieuw thuisonderwijs geven aan drie autikids tegelijk en te weinig ruimte om mijn eigen overvolle hoofd te ontspannen…

HOE DAN???

Mijn hart brak en ik belde ik mijn man op zijn werk. Ik wist het niet meer, ik wist het echt niet meer. Dit ging om veel meer. Dit ging om gebroken vertrouwen. Als onderwijs ophoudt, dan is het oorlog. Als basisrechten van kinderen niet meer gelden, dan geldt er niets meer. Niets is dan nog zeker. Mijn man overwoog om naar huis te komen, maar dat wilde ik niet.

Wat moest hij er nog aan doen?

Wat kon er nog wel?

Ongenuanceerd alle paniek eruit janken helpt om het hoofd te klaren.

Ik dacht nog eens terug aan de schoolsluiting in maart. Het was in eerste instantie afschuwelijk, maar dat was het niet alleen maar geweest. Er waren uiteindelijk oplossingen gekomen, via opa en oma, via school en via gezinsbegeleiding, waardoor de situatie thuis draaglijker was geworden. Langzaam was ik die keer uit de put gekropen en was ik beginnen te zien wat er allemaal nog wel kon. En dat was nog best veel. Ik had geen enkele reden om eraan te twijfelen dat er ook nu oplossingen en lichtpuntjes zouden komen.

Die gedachte kalmeerde mij. En er kwam spontaan iets leuks op in mijn hoofd, iets waar ik al vaker in gedachten mee heb gespeeld.

Kuikentjes

Wij hebben kippen, barnevelder krieltjes. We hadden er drie, maar een daarvan is afgelopen zomer doodgegaan en daarom wilden we al heel lang een nieuwe kip kopen. De kippenboer in de regio zei, dat we dan beter twee volwassen kippen konden kopen, omdat we anders het risico liepen dat de oude kippen de nieuwe niet zouden accepteren. Maar er waren helemaal geen volwassen barnevelder krielen meer te krijgen bij ons in de buurt, alleen kuikens. Wij vonden kuikens onhandig, want die moeten onder een warme lamp in een apart hok tot ze groot zijn. We hebben de kinderen nog geprobeerd om te praten voor kippen van een ander ras, maar nee: ze wilden per se precies dezelfde.

Maar door de nieuwe lockdown lag alles plotseling totaal anders. Handig of onhandig deed er niet meer toe. En ver weg of dichtbij ook niet. Ik moest iets doen met het verdriet en het drukkende gevoel in mijn lijf. Geen enkel middel daartoe klonk mij nog raar of onbereikbaar in de oren.

Kuikentjes onder onze kerstboom, why not?

En ineens waren kuikentjes mijn allesoverheersende target geworden om alle coronaleed op te projecteren. Ik belde alle kippenboeren in de buurt en zocht me suf op Marktplaats.nl, maar er waren geen barnevelder krielkuikentjes. Wel andere. Zou ik…?

Die avond, aan tafel, liet ik de kinderen uitgebreid ‘aaaaahhhh’ roepen bij het zien van een advertentie met een foto van allemaal superschattige kuikentjes, geen barnevelders, maar cochins. Aansluitend polste ik het gemoed van mijn man. Die reageerde niet enthousiast, maar ook niet afkeurend. Geen ja, maar ook geen nee…

De laatste schooldag

Ik durfde het toch niet aan. Maar dinsdagmiddag, even na de lunch, vond ik een nieuwe advertentie. Boer Gerrit bood echte barnevelder krielkuikentjes aan, van maar twee weken oud!!!

Ik dacht: laat ik er maar meteen twee reserveren, voor ze weg zijn. Dan kan ik het daarna nog wel overleggen met mijn man. Ik stuurde een mail. Boer Gerrit reageerde meteen en vroeg hoe laat ik de kuikentjes kwam ophalen. Ai, dat werd ineens wel heel concreet! Maar ik moest natuurlijk iets antwoorden…en voor ik  het wist had ik een afspraak gemaakt voor de volgende dag. Maar so what? Afspraken kun je desnoods nog wel afzeggen. Dat snapt iedereen in deze tijd.

Maar wie A zegt moet wel voorbereid zijn op B, dus bestelde ik maar vast alle kuikenbenodigdheden bij een winkel in onze buurt. Annuleren of terugbrengen kon per slot van rekening altijd nog.

Het was bijna tijd om de kinderen te gaan halen. Ik klapte mijn laptop dicht, liep de trap af en pakte mijn jas. Daar was mijn man.

Ik zei: ‘Schat, ik heb twee kuikentjes besteld en ik ga ze morgen ophalen, vind je wel goed toch?’

Maar man zat druk te telefoneren en wuifde me weg.

Gewoon doen!

Wat heb ik nu weer gedaan? dacht ik, terwijl ik naar het schoolplein fietste.

Bij school stonden ouders die ik kende. Ik ging er- op anderhalve meter- bij staan. Ze hadden het over de pup die iemand bij zich had. ‘Een coronapuppy?’, vroeg een moeder. Ik luisterde aandachtig. De eigenaar lachte: ‘ Ja, er schijnt nu een ware run op pups te zijn.’ Al gauw raakte het gesprek vermengd met nog andere coronahuisdiersoorten en ik besloot dat dit een goed moment was om mijn idee aan dit panel voor te leggen:

‘Ik wil morgen coronakuikentjes gaan halen voor de kinderen, helemaal in de buurt van Barneveld. Maar mijn man weet het nog niet…’

‘Gewoon doen!!!’ zei een medemoeder. Het klonk te gek, precies wat ik had willen horen. En toch voelde het niet helemaal goed.

’s Avonds aan tafel keek mijn man me recht aan: ‘Wat zei je vanmiddag nu eigenlijk over die kuikentjes?’

Op naar Barneveld

De andere dag stapte ik in mijn eentje in de auto naar Barneveld, aan het gloren van een nieuwe lockdown en met een prachtige ondergaande zon in mijn rug. Ik voelde me opgelucht en avontuurlijk. Het had nog wat overtuigingskracht gekost om de spullen voor de kuikens in de winkel te mogen afhalen, maar nu stond alles klaar onder kerstboom. En nog fijner: ik ging op pad met de enthousiaste goedkeuring van mijn man en kinderen.

Het was stil en fris op het boerenland. Alsof corona niet bestond. Het had me heerlijk geleken om er een eindje in rond te zwerven, maar het werd al schemerig en koud toen ik de kuikentjes had afgerekend. Ik keek in de doos naast me in de auto en voelde of de kuikentjes het warm genoeg hadden. Ik snoof nog wat restjes vrijheid, stilte en schoon landschap op en startte de motor voor de tweede helft van de rit.

Het komt goed

Het geluid van mijn lieve man en kinderen bij het zien van de pluizige bolletjes, zo klein als musjes…Onbetaalbaar!  Alleen daarvoor zou ik de hele rit heen- en weer nog wel een keer over willen doen!

We hebben de kuikentjes nu drie dagen en ze eten en drinken goed. Manlief heeft gisteren een ren voor ze in elkaar geknutseld, half  onder de kerstboom, zodat we onze schattige kuikentjes extra goed kunnen zien rondscharrelen. Het genot van de kinderen als ze de kuikentjes mogen aaien en knuffelen…wat een zegen is dit!

En alsof een getroost gemoed automatisch een stroom aan zegeningen op gang brengt, ben ik woensdag gebeld door school, vlak voordat ik de kuikens ging halen. Onze jongste zoon, die van onze drie kinderen de meest pittige autistische trekken heeft, mag na de vakantie naar school komen. Er is een plekje voor hem in de noodklas en daar mag hij zijn schoolwerk doen, zodat het thuis niet meer hoeft en ik mijn aandacht kan richten op de andere twee kids.

Het is nog steeds zwaar, loodzwaar zelfs, maar de meevallers tellen voor mij zwaarder, want die zijn het bewijs dat God ons ook nu niet zal vergeten.

Natuurlijk ben ik nog steeds bang, moe en verdrietig om waar we met z’n allen doorheen moeten. Maar ik weet: het komt goed!

‘See, God has come to save me. I will trust in Him and not be afraid. The Lord God is my strength and my song; he has given me victory.’ Isaiah 12:2

Brei je blij!

De winter is gearriveerd en de avonden zijn lang. Wat doe je dan?

Breien natuurlijk! Want breien is het nieuwe puzzelen. Echt puzzelen, met een heleboel van die mooi gekleurde puzzelstukjes, leidt altijd tot diezelfde puzzel waar er nog meer van zijn in de winkel. Maar breien is heel bijzonder. Het heeft namelijk maar één puzzelstuk en dat is een mega lange draad. Je kunt deze steekjespuzzel uiteindelijk toepassen als trui, als sok, als theemuts, als sjaal en zelfs als kerstbal; je mag per puzzeldraad helemaal zelf weten wat het wordt. En dat kan ook nog eens op eindeloos veel manieren, met unieke kleuren, structuren en designs.

Het lijkt misschien letterlijk wat ingewikkeld, zo’n draad om een stel stokjes winden tot het iets wordt, maar dat is het niet. Alles waarvan je weet hoe het moet valt namelijk reuze mee.

Wat vind ik fijn aan breien?

Voor mij is het een autistische fascinatie, iets om mee tot rust te komen door er compleet in op te gaan. Dat doe ik ook wel door muziek te maken, maar als ik erg overprikkeld ben kost dat een te grote fysieke inspanning om er nog ontspannen van te kunnen genieten. Ongeveer hetzelfde geldt voor schrijven. Als mijn hoofd vol zit, helpt schrijven wel, maar zodra ik te overprikkeld ben om mijn gedachten nog in woorden en zinnen om te kunnen zetten houdt het op. Breien gaat dan vaak nog wel. De afleiding van de repetitieve bewegingen en het gevoel van even niets moeten helpt om de gedachtestroom weer op gang te krijgen, zodat ik alle indrukken, gevoelens en emoties kan verwerken.

De fascinatie voor breien zit hem voor mij vooral in de natuurlijke uitstraling van wol, katoen of linnen. Ik weiger daarom synthetisch garen. Ik vind het materiaal nu eenmaal interessanter dan wat ik ermee wil gaan maken en of dat ooit af komt. Dat leidt ertoe dat ik altijd meerdere projecten tegelijk heb liggen, soms wel vijf of meer. Ik vertoon daar een soort ekstergedrag in; er ligt inmiddels een grote mand vol garen op de vliering van ons huis. Ik hou ervan om eraan te voelen, om het steeds weer te sorteren en om te dromen van wat ik er allemaal van zou kunnen maken. Ik hou van de kleuren, hoe al die steekjes als een visgraatje in elkaar passen of deel uitmaken van een gedetailleerd gaatjes- en kabelpatroon.

Breien helpt tegen stress

Maar ook al lijk ik op een ekster: alles wat ik verzamel brei ik uiteindelijk wel een keer op. Dat is tenminste wel mijn intentie. Ik brei om rustig te worden en om rustig te blijven. In ons gezin, waarin alle drie de kinderen en ikzelf autisme hebben, is rust kostbaar, kostbaarder dan de duurste wol.

Ik zie autisme nadrukkelijk niet als handicap, want er is goed mee te leven. Maar autisme is zeker niet altijd een pretje. Door mijn andere informatieverwerking kan ik moeilijk filteren wat ik aan informatie binnenkrijg en wat er binnenkomt kost me soms veel moeite om te verwerken tot een zinvol geheel. Indrukken, woorden en gebeurtenissen kunnen dagenlang of zelfs wekenlang als ongesponnen wol in mijn hoofd blijven zitten, vooral als er teveel tegelijk op me afkomt. Ik kan er niets mee, maar ik kan het ook niet negeren en het zit in de weg bij alles waar ik mijn hoofd bij moet gebruiken. Dat geeft een diep brandend en ziek gevoel van onrust. Ongelooflijk veel energie kost dat. Als zo’n periode te lang duurt, kan ik me erg depressief gaan voelen.  

Het is heus niet altijd zo erg, maar ik wil hiermee illustreren waarom het vooral bij autisme van levensbelang is om overbelasting tegen te gaan. Maar teveel stress is natuurlijk voor niemand goed. De maatschappij is prikkelrijk, veeleisend en jachtig en zeker nu, in coronatijd, is er veel om over te piekeren. Ik denk daarom dat ook veel niet-autistische mensen wel iets herkennen van wat ik zojuist heb omschreven. Ook zij zouden hun zenuwstelsel en hun lijf een enorme dienst bewijzen door wat meer autistisch met zichzelf om te gaan, bijvoorbeeld door hun stress weg te breien.     

Hoe pak je anti-stress breien effectief aan?

Hier heb ik zelf pas een plannetje voor gemaakt. Vooral nu is het namelijk hard nodig dat ik mezelf dwing tot pauze, vanwege de coronacrisis. Dingen moeten daardoor grondig anders en wat er dan anders moet verandert zelf ook iedere keer. Ik houd al niet van veranderingen, maar op deze manier zal het wel nooit wennen. Veel dingen waar ik rust en energie uit haalde mogen bovendien niet meer en ik word er de hele dag op allerlei manieren aan herinnerd dat de wereld in brand staat.

Voor andere mensen is een andere aanpak misschien beter, maar voor mij werkt het zo:

Na elke inspanning of elk stressmoment mag ik van mezelf een aantal minuten breien. Dat hoeft niet lang te zijn, maar zo krijgt mijn hoofd de tijd om de ene activiteit af te sluiten en te schakelen naar de volgende. Door dat te doen krijg ik meer structuur in de dag en voelt het minder leeg, bedreigend, onzeker en hopeloos. Ik doe het nadrukkelijk niet als tijdverdrijf, want het is zeker niet zo dat ik niets te doen heb. In feite houd ik door breipauzes in te plannen juist meer tijd over, want ik word er rustiger en dus effectiever door.

Verder heb ik met mezelf afgesproken dat ik ’s avonds laat niets meer mag doen waar mijn hoofd van gaat malen. Dus pak ik minimaal een half uur voordat ik ga slapen mijn breiwerk erbij, zodat dat het laatste is wat ik doe voordat ik naar bed ga. Het helpt nog niet echt, maar zo probeer je maar weer eens wat.

Lege tijd

Even moeten wachten en ondertussen niets te doen hebben is voor veel mensen met autisme een nachtmerrie, vooral als je niet tot op de minuut nauwkeurig weet hoe lang het wachten nog zal duren. Mijn kinderen vinden dat ook. Lege tijd wordt al gauw kliertijd of aan-mama-hangtijd en ik snap dat heel goed, hoe vervelend het ook is.

Voor volwassenen en grotere kinderen kan breien helpen om jezelf te beschermen tegen lege tijd. Zelf neem ik daarom altijd een breiwerk mee. Ik doe dat zelfs als ik weet dat ik niet aan breien toe zal komen, gewoon vanwege de angst dat ik misschien toch even niets te doen zal hebben. Soms brei ik niet alleen daarom, maar ook om te voorkomen dat ik overprikkeld raak. Zelfs in de kerk zit ik wel eens stiekem te breien. Hoe moet ik me anders concentreren als de spreker de hele tijd heen en weer loopt en hoorbaar in de microfoon ademt, als mijn man vlak naast me een fluitend geluid in zijn neus heeft en als degene recht voor me een jasje aan heeft waarvan het patroon net niet aansluit in de rugnaad?

Om breiwerken makkelijk mee te nemen, kun je het beste gebruik maken van rondbreinaalden aan een snoer. Die naalden zijn korter en steken dus minder makkelijk uit en breken daardoor ook minder snel. Een probleem, ook van portable breiwerken, is wel dat ze groeien. Uiteindelijk kun je ze niet meer fatsoenlijk overal naartoe slepen, maar mijn ekstergedrag compenseert dat gelukkig. Ziehier een groot voordeel van het hebben van meerdere lopende projecten in verschillende stadia.

Breitherapie

Breien helpt bij psychisch en lichamelijk leed. Er bestaat zelfs breitherapie hoorde ik. Ik heb dus maar eens op het Internet rondgesurfd om te zien wat ze daar op die breitherapie dan zoal doen behalve breien. En dat is eigenlijk niets. Het is echt alleen breien; alle voordelen voor lijf en geest liggen gewoon al besloten in de activiteit zelf!

Breien is goed voor je, want:

  • Het geeft voldoening, omdat je iets moois aan het maken bent.
  • Door je handen te laten samenwerken verbeter je de coördinatie van je beide hersenhelften.
  • Stress en andere psychische klachten verminderen doordat je je aandacht op één activiteit richt.
  • Het is ontspanning die tegelijkertijd een doel heeft en dat maakt het aantrekkelijk.
  • Het is een ritmisch en repetitief karweitje waardoor het stressverlagend werkt.
  • Al breiend kom je toe aan het verwerken van je gedachtes, waardoor je minder gaat piekeren, je beter kunt ontspannen en meer gevoelens van blijdschap kunt ervaren.

Van breien word je blij!

‘Een sterke vrouw, zie zal haar vinden? Zij is meer waard dan edelstenen. Zij zoekt wol en linnen uit, en spint en weeft met vreugde. Ze maakt de mooiste dekens, ze gaat gekleed in linnen en purperen wol’ Spreuken 31:10, 13 en 20

Dankbaarheid

Thanksgiving

Vandaag gaat heel Amerika massaal aan de gevulde kalkoen. Het is namelijk Thanksgiving Day, al zal het dit jaar wat anders gaan dan in voorgaande jaren, vanwege corona. Thanksgiving is de grote neef van onze Dankdag voor Gewas en Arbeid. Het grote verschil is dat die bij ons alleen wordt gevierd door christenen, ingetogen in een kerkgebouw. Thanksgiving daarentegen, is een feest waar ook veel niet-christenen naartoe leven.

Los van de even waardevolle betekenis, klinkt Dankdag mij wat saai en onpoëtisch in de oren. Het woord Thanksgiving spreekt meer tot mijn verbeelding. Daardoor inspireert het mij om na te denken over het onderwerp dankbaarheid.

Dit is wat ik al mijmerend en mediterend vond:

De voordelen van een dankbaar hart

  • Dankbaarheid als levenshouding maakt je tot een mooier mens, omdat het een fijn gevoel is dat je hoofd opruimt. En dat zie je terug in je houding naar andere mensen toe, in de dingen die je doet en in je hele uitstraling.
  • Dankbaarheid is de kortste weg naar geluk. Veel mensen denken dat geluk het belangrijkst is in het leven, maar als je geluk zoekt, vind je het niet. Als je leert om dankbaar te zijn voor wat je al hebt, word je vanzelf ook gelukkiger.
  • Een houding van dankbaarheid maakt je authentiek. Het leert je om de oppervlakkige dingen los te laten en te zien wat echt belangrijk is in het leven.
  • Dankbaarheid is een geestelijke spier die je kunt trainen. Hoe meer je focust op dingen om dankbaar voor te zijn, hoe meer dankbaarheid je zult ervaren voor nog meer andere dingen. 
  • Het zou zelfs zo kunnen zijn dat je dankbaarheid zodanig in volume toeneemt, dat je uit het knellende pak van je somberheid groeit. Dankbaarheid is namelijk een andere manier van kijken naar je omstandigheden, waardoor je gaat denken in mogelijkheden in plaats van in onmogelijkheden.
  • Dankbare mensen kunnen meer hebben als het tegenzit. Zij maken hun dankbaarheid niet afhankelijk van hun omstandigheden en dat maakt ze weerbaarder.
  • Dankbaarheid helpt tegen stress. Dankbaarheid oefenen is namelijk een manier om te ‘aarden’. Door bewust na te gaan waar je allemaal dankbaar voor kunt zijn, elk detail waar je met je zintuigen en je gevoel bij kunt, kom je weer terug in het hier en nu en ben je minder bezig met verleden en toekomst. Zo breng je je angst en zorgen terug tot hanteerbare proporties en kom je tot rust.
  • Dankbaarheid geeft vertrouwen in de toekomst. Het laat je zien hoe liefdevol God op dit moment voor je zorgt. Waarom zou Hij dat dan in de toekomst niet doen?

Dankbaarheid is een keuze

Niet voor niets noemen de Amerikanen deze dag Thanksgiving. Dankbaarheid is niet iets wat per se vanzelf ontstaat, maar iets wat je geeft. Het is een houding, waarvoor je kunt kiezen. Teleurstelling en verdriet mogen er ook zijn, laat daar geen misverstand over bestaan, maar zelfs dan is er nog plaats voor dankbaarheid. Je kunt dankbaar zijn voor wat je nog wel hebt, meestal juist de kleine dingen die je voorheen niet zag. Je kunt ook dankbaar zijn voor iemand die oprecht naar je luistert als je vertelt over je verdriet of voor de troost en steun die je ontvangt van mensen om je heen of rechtstreeks van God zelf.

Er is altijd iets te bedenken om dankbaar voor te zijn.

Toen corona voor het eerst uitbrak in Nederland en er een lockdown kwam, was ik volledig uit het veld geslagen. Onze drie kinderen met autisme mochten ineens niet meer naar school, mijn man moest thuis werken en ik was constant overprikkeld. Ik voelde me depressief en overvraagd en kon me niet voorstellen dat het ooit nog goed zou komen. In die tijd maakte ik elke dag buiten een wandeling om te bidden en om mijn hoofd leeg te maken. Dat was fijn en ik voelde ik me dankbaar dat dit in ieder geval nog wel kon.

De dingen die er nog wel zijn

Al snel gingen mij dingen opvallen waar ik eerder aan voorbij liep. Ik ging steeds meer details zien die ik wilde vastleggen, als troost, en sindsdien ben ik ze gaan fotograferen, gewoon met mijn telefoon. Ik fotografeer mieren in bloemkelken, steeds dezelfde vlinder met steeds een andere lichtval op zijn vleugels, bloemen die bloeien tussen voegen van betonnen tegels, zwanen ondersteboven met hun kop in het zwarte water en hun spierwitte kont als een dobber overeind, de ondergaande zon die de horizon in de fik zet.

Bijna elke dag zie ik nu dingen die de moeite waard zijn om vast te leggen en om te delen op social media. Niet omdat fotograferen mijn nieuwe hobby is of omdat ik het zo goed kan, maar uit dankbaarheid voor al die mooie dingen die er nog wel zijn.

Zoek de dingen die boven zijn

Een dagboek bijhouden doe ik ook. Daarin schrijf ik moeilijke dingen van me af, maar ook de dingen waarvoor ik dankbaar ben. Zo zou jij ook elke dag drie dingen of personen op kunnen schrijven waarvoor je God dankbaar bent.

Begin klein en heb geduld, want het vergt oefening. Het is bij mij ook zeker niet zo dat ik me altijd dankbaar voel. Daar moet ik vaak echt met aandacht mee bezig zijn en dat vergeet ik ook wel eens. Maar uiteindelijk zal er iets gaan veranderen. Je hart zal zich gaan verplaatsen, van de dingen hier beneden, naar de dingen die boven zijn. Want die ene vlinder is een gedetailleerd en vernuftig kunstwerkje dat door God zelf is ontworpen. Dat is diezelfde God die elke dag de zon laat opkomen en ondergaan, nog steeds, ondanks alles. Het is een wonder dat die onvoorstelbare vuurbal, waar we niet buiten kunnen, ons niet verslindt. En tegelijkertijd de aandacht voor die ene vlinder precies op jouw pad; dat zegt toch wel iets.

Op die manier naar de dingen kijken richt je hart op de Schepper, op wat Hij belangrijk vindt en hoe Hij alles in zijn hand houdt. En dat geeft rust en vertrouwen.

In de kleine dingen

Vroeger kon ik zo tevreden zijn met een kopje warme koffie, dat ik die niet eens hoefde op te drinken om er toch het volste genot aan te beleven. Het gevolg was dat ik mijn koffie vaak vergat, tot ergernis van anderen die dan de koffie over zich heen kregen als ze het kopje oppakten in de veronderstelling dat hij leeg was. Ik kon blij zijn met de schone was die ik uit de machine haalde en mijn boodschappen pakte ik thuis uit alsof ik zojuist een schat had ontdekt.

Tegenwoordig sta ik meer onder druk en moet ik meer  moeite doen om te ontspannen en om mijn dankbaarheid te trainen. Maar ik doe het nog steeds, juist in de kleine dingen. Net nog. Ik moest stoppen met waar ik mee bezig was omdat mijn autistische zoontje anders een driftbui kreeg. Eerst voelde ik vooral ergernis. Toen dacht ik, aangezien ik toch over dankbaarheid aan het schrijven was: Dankuwel, Heer, dat U mij drie bijzondere kinderen heeft gegeven. Ik zou ze niet willen missen.

De situatie blijft hetzelfde…en toch voelt het anders.

‘Enter His gates with thanksgiving; go into His courts with praise. Give thanks to Him and praise His name. For the Lord is good. His unfailing love continues forever, and his faithfulness continues to each generation.’ Ps. 100: 4-5 CEV